De onmogelijkheid je aan te kleden
en/nl

Stel, je moet je aankleden. Er is haast geboden. Een moordenaar is op weg naar je huis (het is alsof je hem kunt zien), en zoals bekend is niets onprettiger dan een moordenaar in ontklede staat te moeten ontvangen. Helaas is het onmogelijk je kleren aan te trekken. Een been in het gat van een broekspijp stoppen gaat nog. Maar hoe dat been door de pijp heen te wringen? En zelfs al zou dat lukken (de moordenaar staat inmiddels voor de deur), hoe kan dan ook het andere been in het andere gat worden gestoken zonder daarbij de balans te verliezen? Met je hoofd in een mouw van een trui en een sok hangend aan een teen besef je dat de situatie hopeloos is. Je probeert je lot te accepteren. Kleren hebben nu eenmaal niet de vorm van lichaamsdelen. Ze hebben in zekere zin helemaal geen vorm. Net zoals je je huid, eenmaal afgedaan en opgeschrompeld, niet weer strak om je botten heen kunt krijgen.

© 2009–2023, Martijn Wallage